英文.... | Refers to a Chinese Neolithic culture dating to ca. 3300 BCE to the beginning of the Bronze Age. It geographically covered western Shaanxi province, Gansu and Qinghai provinces, but since the most striking pottery comes from sites in Gansu, the culture takes this name. Gansu culture falls into three major phases: Majiayao (ca. 3300-ca. 2100 BCE), Banshan (ca. 2800-ca. 2300 BCE) and Machang (ca. 2000-ca. 1800 BCE). These were followed by the Qijia (ca. 2000-ca. 1600 BCE), Xindian, and Shajing phases. The finest Gansu ceramic vessels are thin-bodied and light, with a variety of boldly painted decoration. Clay was carefully selected and prepared and painted decoration was done in earth pigments probably applied with a soft brush. The most notable vessel type made during this period was the funerary urn with a wide shoulder and narrow base. |
荷蘭語.... | Verwijst naar een Chinese neolithische periode van circa 3300 v. Chr. tot aan het begin van de Bronstijd. Het gebied omvatte het westen van de provincie Shaanxi en de provincies Gansu en Qinghai, maar de cultuur heeft haar naam te danken aan het feit dat de fraaiste aardewerken voorwerpen op sites in Gansu zijn opgegraven. De Gansu-cultuur kende drie fasen: Majiayao (circa 3300-circa 2100 v. Chr.), Banshan (circa 2800-circa 2300 v. Chr.) en Machang (ca. 2000-ca. 1800 v. Chr.). Deze fasen werden gevolgd door de fasen Qijia (circa 2000-circa1600 v. Chr.), Xindian en Shajing. De fijnste keramische Gansu-houders zijn licht uitgevoerd en hebben een dunne romp, en zijn voorzien van allerlei soorten krachtig geschilderde decoraties. De klei werd zorgvuldig geselecteerd en geprepareerd, en het geschilderde decor werd uitgevoerd in aardpigmenten die vermoedelijk met een zacht penseel werden opgebracht. Het opvallendste type vaatwerk dat tijdens deze periode werd vervaardigd, was de grafurn met brede schouder en smalle voet. |
西班牙語.... | Refierese a una cultura neolítica china que fecha a ca. 3300 a.C. al principio de la edad de bronce. Geográficamente cubrió la provincia occidental de Shaanxi, las provincias de Gansu y de Qinghai, pero puesto que la cerámica más llamativa viene de sitios en Gansu, la cultura toma este nombre. La cultura de Gansu cae en tres fases importantes: Majiayao (ca. 3300 ca. 2100 a.C.), Banshan (ca. 2800 ca. 2300 a.C) y Machang (ca. 2000 ca. 1800 a.C). Éstos fueron seguidos por las fases de Qijia (ca. 2000 ca. 1600 a.C.), de Xindian, y de Shajing. Los recipientes de cerámica más finos de Gansu son finos y ligeros, con una variedad de decoración audazmente pintada. La arcilla fue seleccionada y preparada y pintada cuidadosamente, la decoración fue hecha con los pigmentos de la tierra aplicados probablemente con un cepillo suave. El tipo más notable del recipiente hecho durante este período era la urna funeraria con un hombro ancho |