英文.... | Refers to the second largest school of Tibetan Buddhism, sometimes called the 'old order.' It traces its roots to the Indian Vajrayana master Padmasambhava (8th century), regarded as the 'second Buddha,' and claims to transmit his original teachings. The school's origins are in the first diffusion of Buddhism from India and Central Asia to Tibet in the 8th and 9th centuries; Padmasambhava visited Tibet in the 8th century and another important Indian teacher, Santiraksita, founded Tibet's first monastery at Samye, ca. 775. Nyingma became a distinct order in the 10th century. The school emphasizes religious practice and the mystical aspects of the Vajrayana tradition over scholarly work. It is also the least politically and philosophically inclined of the Tibetan Buddhist schools. Shamanistic practices and local divinities borrowed from the indigenous Bon religion are found in Nyingma. Other similarities with Bon are the Dzogchen teachings, old Tantras rejected by later traditions, and priests who can marry. There is a tradition in this school of discovering hidden texts concealed by Padmasambhava; these texts foretell of a time when Buddhists are persecuted. Some of the school's ideas are considered heretical by later teachings of Tibetan Buddhism. |
荷蘭語.... | Verwijst naar de op één na grootste school in het Tibetaanse boeddhisme, die soms de 'oude orde' wordt genoemd. De wortels gaan terug tot de Indiase Vajrayana-meester Padmasambhava (8ste eeuw), die werd beschouwd als 'tweede Boeddha'. De school zegt diens oorspronkelijke leer te verbreiden. De school is ontstaan tijdens de eerste verspreiding van het boeddhisme van India en Midden-Azië naar Tibet in de 8ste en 9de eeuw; Padmasambhava bezocht Tibet in de 8ste eeuw en een andere belangrijke Indiase leermeester, Santiraksita, stichtte het eerste klooster van Tibet in Samye rond 775. Nyingma werd een afzonderlijke orde in de 10de eeuw. Deze school legt meer nadruk op de religieuze praktijk en de mystieke aspecten van de Vajrayana-traditie dan op academisch werk. Het is ook de minst politiek en filosofisch gerichte van de Tibetaanse boeddhistische scholen. Sjamanistische gebruiken en lokale goden, ontleend aan de inheemse Bon-religie, vindt men ook in Nyingma. Andere overeenkomsten met Bon zijn de dzogchen-lessen, oude tantra’s die door latere tradities zijn verworpen, en priesters die mogen trouwen. De school kent een traditie van het ontdekken van teksten die door Padmasambhava verborgen zijn; deze teksten voorspellen dat boeddhisten in de toekomst vervolgd zullen worden. Sommige ideeën van de school worden in leerstellingen van het Tibetaanse boeddhisme als ketters beschouwd. |
西班牙語.... | Se refiere a la segunda escuela más grande de Budismo Tibetano, a veces llamada el "viejo orden". Sus orígenes se remontan a Padmasambhava maestro indio Vajrayana (siglo VIII), considerado como el "segundo Buda", que afirmaba transmitir sus enseñanzas originales. Los orígenes de la escuela están en la primera difusión del Budismo desde India y Asia Central al Tibet en los siglos VIII y IX; Padmasambhava visitó el Tibet en el siglo VIII y otro maestro indio importante, Santiraksita fundó el primer monasterio en Samye, c.a 775. Nyingma se convirtió en una orden distinta en el siglo X. La escuela da énfasis a la práctica religiosa y a los aspectos místicos de la tradición Vajrayana por sobre el trabajo erudito. Es también la menos proclive, políticamente y filosóficamente, a las escuelas budistas tibetanas. Las prácticas Shamanistica y las divinidades locales fueron tomadas de la religión Bon indígena se encuentran en Nyingma. Otras similitudes con Bon son las enseñanzas de Dzogchen, Tantras viejos rechazados por tradiciones posteriores, y sacerdotes que pueden casarse. Hay una tradición en esta escuela de descubrir textos secretos ocultada por Padmasambhava; estos textos predicen el tiempo cuando los budistas son perseguidos. Algunas de las ideas de la escuela se consideran heréticas por las enseñanzas posteriores del Budismo Tibetano. |